post-header-photo

Fietselfstedentocht 2021 – gehaald!

We leven in vreemde tijden. Door de corona-pandemie is de 11-steden fietstocht in 2020 niet doorgegaan, in 2021 is daarom de individuele editie opgestart. Als je een startkaart hebt (die heb ik!) mag je tussen 7 juli en 5 september zelf de tocht rijden. Op bepaalde plekken staan QR codes op borden die je met je app scant en zo “stempel” je (of de GPS in de app ziet dat je echt in de stad bent en vindt het OK). En je mag in 1 van de 11 steden beginnen. In de week van 19 juli heb ik vakantie en is de weersvoorspelling uitstekend, niet heel veel wind, beetje zon, dus het “giet oan!”.

Ik heb 2 tijdsplanningen gemaakt, 1 is de optimale waarbij ik rond 17.00 uur in Leeuwarden ben en nog even een cappuccino kan nemen en de realistische waarbij ik rond 20.25 uur weer in Leeuwarden ben. Dit jaar heb ik de 150 kilometer elfmerentocht gereden en daarvoor nog een trainingstocht, maar daarna heb ik geen kilometer meer gefietst. Dus de voorbereiding is niet optimaal.

Op dinsdag 20 juli stap ik om 3.55 uur uit bed. Na mijn ontbijt en bakje thee laad ik de fiets op de auto en rij ik naar een parkeerplek in de buurt van de Oldehove. Maar waar ik al bang voor was, hier mag je maar 2 uren parkeren. Dus ik rij naar het Zaailand, maak mijn fiets aan een reling vast, laadt de fietsendrager in de auto en parkeer die hier in de parkeergarage. Bandana, helm op, click-schoenen aan en naar de lift: zo kom ik boven, haal de fiets van het slot en doe de lampjes aan op de fiets, want de lantaarnpalen branden nog. Die had ik opgeladen, deze lampjes kun je namelijk via USB opladen, top spul!

Ik rij naar de Groeneweg (vlak bij de Afûk) en zet mijn eerste stempel. Hierdoor start ik om 5.20 in plaats van 5.00 uur wat de bedoeling was, de eerste vertraging had ik al te pakken. De rit naar Bolsward was de vorige keren aanpakken, vaak had je tegen de wind en je had al een flink stuk van de tocht achter de kiezen. Dat viel deze keer mee, dus in redelijk tempo naar Marsum, Dronrijp en vervolgens “naar het zuiden”. Onderweg een paar hazen gezien, op het stuk tussen Marsum en Dronrijp rent er nog ééntje voor me uit. Via Winsum, Spannum en Kûbaard (waarbij ik in de buurt nog een foto maak van de zon die door de wolken probeert heen te komen kom ik rond 7.04 uur bij de stempelpost in Bolsward. Dit volgt nog mijn “ideale planning”. In Bolsward kom ik nog een aantal racefietsers tegen de de tocht ook rijden, maar de andere kant oprijden (de start vanuit Bolsward dus). Als ik bij de kerk in Bolsward opzij kijk, zie ik daar de vleermuis-fontein, die had ik nog niet gezien.

Ik fiets door naar Sneek (7:49, kwartier voor ideale tijd) en op die plek heb ik een prachtig uitzicht op de Watertoren en de zon die nog wat achter de wolken zit. Ik eet hier een krentenbol, zie hier wat bootje-toeristen (Engelsman die in zijn badjas rondloopt, een Duitser op de fiets die broodjes opgehaald heeft), ik rij door naar IJlst.

Voordat ik IJlst binnen rijdt trek ik een los stuk plastic van mijn click-schoen af. Ik had in Sneek al gemerkt dat mijn linkerschoen niet zo makkelijk wilde los klikken, daar krijg je ongelukken van. Nadeel is nu wel dat er geen “klik” meer is met de linkerschoen, dus die zit eigenlijk “los” op het pedaal. Handig als je snel/onverwacht moet stoppen, maar wel minder stabiel (mijn knie begint wat meer te draaien) en je kunt dus ook niet het pedaal “naar boven trekken” op de momenten dat je het wat zwaarder hebt. In IJlst gestempeld (8:09). Hierna via Hommert en Jutrijp (ik ben iets anders gereden, heb een schuine pijl als een recht doorgaande pijl beschouwd, maar kom wel weer op het rechte pad. Dan moet je best wel een eind planken richting de toren van Spannenburg. Dan komt Sloten in beeld, de volgende stempelplaats. Daarvoor nog even een korte tussenstop in Tjerkgaast. Bij de kerk staan een paar picknicktafels. Paar broodjes gegeten, een hommel besluit dat mijn schouder een hele mooie plek is om even in de zon te zitten. Als de broodjes op zijn schuif ik de hommel voorzichtig aan de kant en stap ik weer op, nog een stukje naar Sloten. Natuurlijk eerst wachten bij de brug, dat is hier vaste prik. Aan het begin nog even een foto gemaakt van de mooie fontein. Bij het QR-bord ben ik om 9.32 uur, nog steeds rond de ideale tijd.

Hierna naar Oudemirdum. Vanaf Sloten ga je dan naar Wijkel. Ik word hier ingehaald door een oudere racefietser, geen grammetje vet teveel (dat kan ik niet zeggen) en volgens mij wollen sokken aan (dat kan ik dan gelukkig niet zeggen), maar wel met ongeveer 30 kilometer op de teller (respect!). Het is duidelijk, die is eerder bij de finish-plek dan ik. Ik fiets rustig verder, door Balk (waar ik volgens mij nog een paar medereizigers van mijn reis naar IJsland in 2019 zie) en dan door naar het fietspad tussen de bomen. Prachtige laan om doorheen te fietsen. In Oudemirdum zitten weer wat mensen op de terrassen, hier moet ik ook nog maar eens naar toe. In ieder geval, het is 10.24 uur en daarmee zit ik al bijna een half uur over het ideale schema (en een half uur voor het realistische schema).

Dan naar Stavoren. Via Mirns, redelijk dichtbij het IJsselmeer. Bij de brug bij de entree van Stavoren mag ik wachten, schepen gaan hier de sluizen in, dus dat wordt zo vol mogelijk geladen. Dit kost me ongeveer 5 minuten. Hierna een stop, er staat een toiletgebouw, maar alles is afgesloten. Slecht geregeld. Ik loop de trap op en ga op een bankje met uitzicht op het IJsselmeer nog even 2 broodjes eten. Even bijkomen. Het is inmiddels 11.27 uur, ver over het ideale schema heen, nog een half uur voor het realistische schema, dus ik ga me maar op die tijden richten. Na dit rustpuntje doorfietsen naar het QR bord, treuren over hoe de viswinkel van Doede Bleeker eruit ziet (de boel is dicht) en bij de haven zie ik een bordje “toiletgebouw”. Daar nog maar even een sanitaire stop gedaan, niet geschikt voor mensen met een rolstoel, want je moet wat trappen naar beneden. Dat lucht op. Ik kan door naar Hindeloopen!

Hier ga ik door de kern van het dorp heen, het is druk met toeristen, dus maar even met de fiets aan het handje. Je moet ook over een hoge brug, dus dat is sowieso een goed idee. Hierna afslaan, bij de sportvelden langs en zo naar het fietspad richting Workum. In Hindeloopen was mijn tijd 12.26 uur, nog een half uur voor het realistische schema.

Een mooi pad om Workum binnen te komen, op het plein is het druk, bijna alle tafeltjes zijn bezet. Het is 12.57 uur, nog steeds loop ik een half uur voor, tijd om voor de 2e keer naar Bolsward te gaan. De weg om Bolsward, daar wordt aan gewerkt, dus ik neem een iets andere route, omdat ik vanmorgen al gezien had waar het andere bord was, wist ik waar ik moet zijn. Ook hier zit het terras vol.

Ik ben inmiddels 8 uur op pad, heb wel redelijk wat gedronken en zo nu en dan gegeten, maar goed, je voelt je achterwerk, je zweet, dus in de buurt van Witmarsum heb ik een klein dipje. Even van de fiets af en weer door. In de verte zie ik de mooie kerktoren van Arum. Hierna door Kimswerd, met het standbeeld van Grutte Pier en dan kom je al in de buurt van de volgende stempelpost: Harlingen! Voordat ik in Harlingen ben zie ik de auto van Piet Paulusma nog voorbij rijden. Mijn bidon met Rivella (ik had besloten om er geen water maar Rivella in te doen) is door de warmte bijna leeg. Dus als ik langs een Jumbo kom, besluit ik hier, ondanks het tijdverlies, om toch 2 flesjes Rivella te kopen. Maar even via de zelfscan, dus ik denk dat ik hier 10 minuten kwijtgeraakt ben. Bij de stempelpost ben ik om 15.19 uur, zo’n beetje dezelfde tijd als het realistische schema. Mijn half uur voorsprong ben ik kwijt. Gelukkig kan het QR bord me nog motiveren met de spreuk “deursette seun”. Onder bij de brug waar we anders altijd overheen reden voordat de weg volledig ondergronds gegaan is bij Harlingen, kan ik nog op een bankje bij het water zitten en stuur ik nog even een berichtje naar het thuisfront dat het laatste deel er wel even in gaat hakken.

Door naar Herbaijum en naar Franeker. Ik ben om 16.02 bij het QR-bord, inmiddels loop ik al een kwartier achter op het realistische schema. De ijscoboer doet hier hele goede zaken, want ik zie zo’n beetje iedereen met een softijsje rondlopen. Maar goed, ik moet door! Op een bepaald punt raak ik de route kwijt (waar een pijl naar links stond, heb ik deze waarschijnlijk als rechtdoor aangenomen) waardoor ik de app nog maar even bekijk. We gaan meestal via Dongjum naar Tzummarum, maar de app geeft aan dat we via Schalsum, Peins en Ried gaan. Dus ik volg die route, maar zie daar geen pijlen op de weg, dus ik vermoed dat dit niet de route zou moeten zijn. Bij Peins ga ik even zitten en drink mijn blikje redbull leeg. Niet heel slim, want die heeft een hele dag in mijn zwarte rugzak gezeten en het is dus behoorlijk warm. Warme redbull is hetzelfde als koude koffie en lauw bier.. Maar goed, ik heb dorst. In Ried gaat een wielrenner ook de weg in waarvan ik denk “is dit het?”, dus ik volg hem en kom inderdaad bij de N393 uit die richting Minnertsga gaat. Via Sint Jacobiparochie en Sint Annaparochie door naar Nij Altoenae, waarbij ik inmiddels ook weer de pijlen op de weg zie, ik zit weer op het goede spoor. Zo naar Hallum en naar het noorden, via Marrum, Ferwert en Blija (waarbij je door de dorpskernen fietst) kan ik om 18.49 uur in Holwerd stempelen. Een andere racefietser gaat hier nog op een terras zitten, maar ik zie dat ik al bijna 1.5 uur achter loop op schema.

Hierna fiets ik naar Dokkum. Dat gaat via Hantum en Hiaure, waarbij de wind in mijn rug ervoor zorgt dat ik nog best wat gas kan geven. Om 19.36 uur zet ik mijn stempel. In Dokkum rijd ik door het centrum, ook hier weer volle terrassen waar mensen aan het warm eten zitten (wat ruikt dat lekker!) en ga ik richting de weg naar Burdaard. Maar er staan grote borden dat de boel afgesloten is en de schrik slaat me om het hart: ik kan hier hopelijk nog wel langs, anders moet ik weer het stuk richting Ferwerd e.d. gaan volgen, waarbij ik dan nog 8 kilometer extra moet rijden (en het nog eens een half uur later wordt). Een vrouw die de hond uitlaat weet het niet exact, maar volgens haar moet het wel kunnen, in het weekend rijden er wel auto’s langs. En ik zie nu ook een auto tegemoet komen, dus ik gok het erop. En maar goed ook, want de werkzaamheden zijn afgerond, er zijn drempels in de weg geplaatst (zal wel weer te hard gereden worden).

Het laatste stuk. Burdaard, Bartlehiem, Wyns. Tussendoor nog even van het zadel af, laatste rivella opgedronken. Het helpt dat je de Achmea toren van grote afstand kunt zien en weet: daar moet ik zijn! Na Wyns fiets je eerst een stuk de andere kant op, maar dan door Lekkum de stad in. Langs de Groningerstraatweg weer naar de Oldehove. En zo kan ik daar om 21.04 mijn laatste stempel zetten, een half uur na mijn geschatte eindtijd.

Op de fiets naar het Zaailand, de fiets weer met de ketting vastmaken, de garage ingaan, normale schoenen aan doen, parkeerticket betalen, naar buiten rijden, fietsendrager vastzetten, fiets erop en vervolgens door de McDrive om de calorieën aan te vullen met een McChicken en een McKroket. Mooi geweest vandaag!

Als je deze tocht gaat rijden moet je wel een beetje gek zijn. En veel oefenen, dat is ook aan te raden. Zoals ik nu gezwoegd heb, zo heb je ook “Ronald van de fitness”, die regelmatig grote afstanden fietst en (ik weet niet of het nu nog zo is), de tocht uit rijdt en dan vervolgens terug fietst om met zijn moeder het laatste stuk te fietsen. Wow!

Op een bepaald punt heb je last van je rug. Die houding die je de hele tijd hebt, halverwege de tocht stapte ik al af als een “oude man”.

Ik had een MP3 speler mee. In het begin niet aan gehad (omdat ik ‘m zo snel niet kon vinden in het tasje), later wel nodig om het tempo erin te houden. Ik heb weer veel top-40 uitzendingen met Erik de Zwart beluisterd.

Thuisgekomen zag ik dat het “click-deel” van mijn linkerschoen weg is. Dus daar moet ik wat nieuws voor kopen. Ik heb met mijn rechtervoet dus wat extra werk mogen verrichten.

De zon brandde flink. Mijn jasje paste eigenlijk niet meer in de rugzak, dus rits los en mouwen opstropen. Maar door het fietsen verlies je al vocht, door die wind en zon verlies je extra vocht en dat moet je wel aanvullen. Een goed excuus om ook de volgende avond nog even een paar biertjes te drinken (ik moet nog even wat vocht aanvullen).

Voor de collega’s, oud-klasgenoten en anderen die teleurgesteld zijn omdat ik niet even ben “aan komen wippen”, lees dit verhaal en je ziet het, het doel was eigenlijk om 17.00 uur binnen te zijn, maar dat is voor mij “niet te doen”. Ik heb in totaal 15 uren, 45 minuten en 6 seconden op het zadel gezeten. Oh ja, halverwege de rit krijg je last van zadelpijn. Leuk dat stuk leer in die fietsbroek, maar op een bepaald punt heb je last.

Elke keer als je de tocht fietst denk je “ik ben eigenlijk ook gek”. Want je ziet onderweg mensen lekker relaxed in een tuinstoel of stretcher luieren in de zon en jij rijdt daar in het zweet voorbij. Maar als je dan de tocht voltooid hebt, dan geeft dat voldoening. Het is een prestatie en het vraagt een stuk doorzettingsvermogen.

Om het met de woorden van de “laatste elfstedenfietser, Wiebe Idsenga” te zeggen: “ik fyts troch!”.

Foto’s zijn hier te bekijken: album.

Geen idee wie Wiebe Idsenga is? Check youtube: link.